Afgelopen week stond opnieuw in het teken van de landelijke Week tegen Pesten. Ook binnen de scholen van VOBO – Voortgezet Onderwijs Best Oirschot – kreeg het thema volop aandacht. Op zowel het Heerbeeck College (HBC) in Best, als het Kempenhorst College (KC) in Oirschot werkten leerlingen in de klassen met filmpjes en werd er uitgebreid gesproken hierover tijdens leercoachlessen. De boodschap is helder: een veilige en respectvolle leeromgeving is de basis voor iedereen.

Door Marcia Engelander - van den Wittenboer

Beide scholen werken vanuit hetzelfde pestprotocol, opgesteld voor de hele VOBO-organisatie. Het protocol beschrijft niet alleen hoe leerlingen, docenten en ouders pestgedrag kunnen herkennen, maar legt ook uit welke stappen worden gezet zodra er signalen zijn. Kernbegrippen zijn respect voor elkaar, samen leren en niemand buitensluiten. Uiteraard besteedden de scholen extra aandacht tijdens de week tegen het pesten. “In deze week wordt het thema nog eens extra besproken,” vertelt Karlijn Pruijsten, antipest-coördinator op het Heerbeeck College. ”In de leercoachlessen gaan de leerlingen aan de slag. Er worden educatieve filmpjes getoond en uiteraard uitgebreid over gesproken. De vakdocenten kunnen zelf ook beslissen of zij het in hun les meenemen.” Ook op het Kempenhorst College staat pesten hoog op de agenda. Adel Zamari, pestcoördinator in Oirschot, merkt dat het probleem vooral rond het begin van het schooljaar zichtbaar wordt: ”Aan het begin van het jaar komt het pesten het meest voor. De groepsdynamiek wordt dan bepaald en iedereen zoekt zijn eigen plekje. Het pesten blijft echter altijd aanwezig.”

Protocol

Het anti-pestbeleid wordt op verschillende manieren aangepakt. Zo maken docenten en leercoaches ieder schooljaar afspraken met hun klas. Daarbij wordt benadrukt dat melden van pestgedrag niet hetzelfde is als klikken. Ook terugkerende themaweken, klassengesprekken en gastlessen, onder meer van Bureau HALT, vergroten de bewustwording. Adel vervolgt: ”Iedereen die op school werkt is zich bewust van het pestprotocol. Het wordt schoolbreed aangepakt hier. Daarnaast zetten we hoog in op preventie. De informatie wordt goed weggezet in dossiers zodat de informatieoverdracht bij het overgaan naar andere klas of voor andere docenten ook te bekijken is en ze dus adequater kunnen reageren als het nog eens voorvalt.”

Gesprek

Wanneer er sprake is van pesten, geldt een vaste werkwijze. Het begint altijd bij de leercoach, die onderscheid maakt tussen een gewone ruzie en stelselmatig pestgedrag. Blijkt het laatste het geval, dan volgt een gesprek tussen pester en slachtoffer, waarbij wordt onderzocht wat er is gebeurd en welke afspraken nodig zijn om in een veilige sfeer verder te leren. Ouders worden steeds geïnformeerd. Alleen in uiterste gevallen worden externe instanties als politie of jeugdhulpverlening betrokken. Adel benadrukt daarbij het belang van de verbinding tussen binnen én buiten school: “Wat er buiten de school gebeurt daar kunnen we niet veel mee. Wel adviseren we de ouders wat ze kunnen doen. Als het echter ook doorgetrokken wordt binnen school dan hebben wij een aanleiding om ons er wel mee te bemoeien. Bijvoorbeeld als een leerling slecht functioneert binnen school omdat er buiten op straat door klasgenoten wordt lastiggevallen. We gaan dan altijd het gesprek aan met alle partijen.”

Social media

Pesten beperkt zich al lang niet meer tot het schoolplein. Social media en groepsapps maken het lastig om alles in beeld te houden. ”Met de komst van het digitale tijdperk is het wel moeilijker”, vertelt Karlijn. ”Want hoe ver kun je als school gaan om een leerling te beschermen. Tijdens schooltijd zullen wij er alles aan doen en ook leerlingen aanspreken. Uiteraard kunnen wij niet weten wat er zich in de avond op het internet allemaal afspeelt.” Volgens haar is het digitale pesten sinds de coronaperiode duidelijk toegenomen. Daarom voerden beide VOBO-scholen dit schooljaar een streng telefoonbeleid in. ”Dit houdt in: de telefoon thuis of in de kluis. Helemaal niet meer in de school,” legt Karlijn uit. ”Tot nu toe gaat dat heel goed, ik ben hier heel positief over.” Ook Adel ziet positief resultaat met een kanttekening: ”Het kan altijd beter, maar het begin is er zeker.”