“Ge meut tegenworrig niks mir zeggen!”, hoorde ik laatst op een reünie klagen. “In òòze tijd ging het er himmaol aanders aon toe”, zeiden ze er achteraan geïllustreerd met voorbeelden. Sommigen van toen zouden nu kansloos zijn.

Door Berry van Oers

Kriesje

Ruudje nodigde alleen knappe meisjes en lelijke jongens uit voor zijn verjaardag om zelf meer kans te maken. Fraaske koos tijdens de gymles in zijn team alleen degenen uit die goed konden voetballen. Kiske en Wimke bleven altijd als laatsten over en de ‘mister’ vond het best. Bij het korfballen gooide Kriesje de bal onderhands toe. “Ge zet toch gin wijf zeker”, riep de ‘mister’ dan. Nog een paar van die sneren en het zou hem nu zijn baan hebben gekost.

Mehmet

Bij ons op school zat er vroeger een jongetje van Turkse komaf dat tijdelijk in Chaam woonde. Tijdens het bezoek van Sinterklaas werd hij naar voren geroepen om plaats te nemen op de schoot van de goedheiligman. Zwarte Piet dacht ‘grappig’ te moeten zijn en riep lachend naar de kinderen in de aula: “Turrukkie Turkstra!” En of hij nog niet genoeg pedagogische schade had aangericht voegde hij er aan toe: “Met z’n allen... Turrukkie Turkstra, Turrukkie Turkstra!” We wisten niet beter en riepen ‘pieterman knecht’ in koor na. Mehmet kwam blozend naar voren. Zwarte Piet keek lachend toe. Hij moest eens weten dat hijzelf vijftig jaar later ook van kleur zou verschieten.

Pirke

Hoe grappiger anderen het vonden hoe soepeler we werden. Het was crisis en de vader van Jantje kon geen werk vinden. “Wij zijn het leger van werkelozen. Nou hebben wij weer tijd genoeg en daarom zitten wij op rozen en op z’n tijd in de kroeg”, zong Vader Abraham. Pirke zei dat hij een auto te koop had van vijf jaar oud met maar honderd kilometer op de teller. “Jantjes vaoder was er aaltij mee naor zijn werk gerejen”, grapte Pirke dan. “Tis ommes mar een grapke”, deed hij het er mee af.

Los

In de wachtkamers gingen ze los. Wanneer er gevochten was zeiden ze: “Die van ’t Schutakker zeker!” Als er een tennisveld moest komen zeiden ze: “Veur det import zeker!” En als er iemand dronken was: “Ene van Snijers zeker!” Omdat ze in Chaam aan elkaar gewaagd waren kon het eigenlijk geen kwaad dat ze mekaar voor de grap brandmerkten. Maar voor wie langs de kant stond lag dat toch anders.

Ranzig

Volgens de maatschappijleraar destijds waren onze moppen niet grappig maar ranzig. Hij leerde ons dat grappen nooit ten koste van anderen mogen worden gemaakt. Ook de oudere broer van Koske kon er niet mee lachen. Hij ging naar de universiteit om vervolgens iedereen in te delen in slachtoffers en daders.

Plezieriger

We hebben geluk dat het 2024 is, hoewel er op de reünie toch nog eentje rondliep die hunkerde naar de tijd toen de biljartclub alleen uit manvolk bestond. Hoe dan ook, voor Kiske, Wimke, Kriesje, Mehmet, de vader van Jantje en voor Jantje zelf zou het leven in de tegenwoordige tijd een stuk plezieriger geweest zijn. Je moet tegenwoordig goed uitkijken wat je zegt en wat je doet en dat is maar goed ook. Je zou maar uit ’t Schutakker, van Snijers of uit Turkije komen en niet kunnen korfballen!