Binnenkort is het jaarmarkt. Op jaarmarkten valt van alles te beleven. “Aaltij hèèl gezellig”, zei ma. Ze bezocht meerdere jaarmarkten in de regio. “We gaon naor de mart”, zei ma dan en wij gingen mee.

Door Berry van Oers

Zwembroek

Bij een kraam verkochten ze korte broeken. “Ik zuuk een zwembroek”, zei Toon ieder jaar. Tien meter verder vlogen tassen voor drie knaken de kraam uit. “Hedde een taske veur mijn tas”, vroeg Triske. Fòòs at een heerlijke haring bij de ‘vieskraom’. “Oew vette vingers afboenen”, waarschuwde de naburige verkoper van synthetische schapenvachten. De man van de autopoets overstemde hem.

Veemarkt

“Wij gingen vruuger naor de jaormart in Chaom, mar det was een veemart”, vertelde opa. “Veurda ge een koei kopt, motte er op letten dat ie nie suf uit z’n ògen kekt”, leerde hij ons. Ooit kocht hij daar een paard. Opa liet zich niet foppen. Hij keek de knollen in de bek en wist dan hoe oud ze echt waren.

Wonderspons

“Hedde ze ok veur twee persònen”, vroeg Niltje aan de handelaar in dekbedden. “Een dekbed is aaltij tweepersòòns”, zei hij in gebarentaal. ‘U vraagt, wij draaien’, stond op de rug van de draaimolenjuffrouw. Miel demonstreerde een wonderspons. Bij de nootjeskraam van Luc sloeg Johnneke een handvol nootjes af. ”Die blijven ommes plakken onder mijn gebit”, legde hij uit.

Rook

Koske kreeg op de markt een ‘appelsientje’ van oma. “Veur straks”, zei hij en liep naar de kraam waar hamburgers en worsten lagen te sudderen. “Mot er juin op”, vroeg de bakker. De kraam met wierrook verdreef de penetrante baklucht. ”Wèh is de prèès”, informeerde iemand met Alphense tongval. “Ik heb gin wierrook mar wel unne gerokte paoling!”, riep de vriendelijke palingroker aan de overkant.

Groentesnijder

Veel bekijks trokken de glazen diffusers. “Ge krijt er veur niks een fleske olie bij”, beloofde de marskramer. “Doe mijn mar een geurkèèrs”, zei Kriesje. Die ‘van zullie’ had net aan de overkant een lekkere loempia met pikante rimboesaus achter de kiezen. Verderop verkochten ze kussens voor de halve prijs. “Dèh kan toch nie”, zei Sjanneke. “Op de mart is oewen gulden unnen dolder wèèrd”, legde de marketentster uit. Met onder elke arm een kussen kocht Sjanneke verderop een onmisbare ‘5 in 1’ groentesnijder. “Nou nog ne plaant uit de vraachtwaogen van Peet”, zei ze.

Nachtjapon

De hits van Sugar Lee Hooper in de CD-kraam zorgden voor sfeer. Een magnetiseur jongleerde met geneeskrachtige stenen. Verderop kocht ma een nachtjapon met een open ruggetje. ”Kopt er een dusterke bij tegen d’n inkijk”, adviseerde de marskramer. De man in de kraam met slakkenslijm testte een ontharingsmiddel op een voorbijgangster met ‘haar op haar tanden’. Fraas zag het gebeuren toen hij aan de overkant bij de ‘kiepenboer’ een smakelijke halve gegrilde ‘kiep’ naar binnen slobberde.

Jurk

“Overhemmen in alle maoten”, riep een marskramer. ”Maotje 45”, bestelde Kiske. Helaas, die maat ontbrak. Bij een kraam waren moderne jurken voor drie tientjes te koop. ”Mijn gurdijnen hajen vruuger hetzelfde petròòn”, vertelde Correke in haar bloemetjesjurk. ”Binnenkort verpliecht in elk huishouwen”, beweerde een verkoper van blikopeners. Toen ma de prijs hoorde slenterde ze door.

Bril

Bij de brillenkraam paste Jan een blitse plangabril. “Nou lekt oewen kop nog boller”, zei Riet lachend. In de kraam verderop wilde ze een shirt laten bedrukken met haar naam, maar ze verkochten alleen gangbare maten. Vanaf het gezellige terras bij het café hield Toon de jaarmarkt in de gaten. Pas in de avond fietste hij terug naar huis, zonder zwembroek.